Mijn ervaring met de Spaanse taal
Dutch

Mijn ervaring met de Spaanse taal

by

language learning

Mijn ervaring met de Spaanse taal

--

Hoi, iedereen.

Ik heb nooit hier in het Spaans geschreven, maar ik geloof dat ik vroeger gezegd heb dat ik Spaans op school leer.

Ik begon met het leren van het Spaans wanneer ik negen jaar was. Op mijn school kon je Spaans I leren in de loop van vier jaren, maar we hadden Spaans slechts twee keer per week. Voor de eerste drie jaren had ik een prachtige lerares die erg leuk was. Ze zei dat we op het einde van ons vierde jaar een "fiesta de piñata" zouden hebben, maar ze verliet de school na ons derde jaar. Onze nieuwe lerares was ook leuk, maar we kregen geen feestje.

Na die vier jaren ging ik naar de school waarop ik nu zit. Ik deed Spaans II in mijn eerste jaar daar, en dan deed ik Spaans III in mijn tweede jaar daar. Ik ben Spaans IV net begonnen twee weken geleden, en tot zover is het een goede ervaring.

We hebben onze eerste examentje vandaag gedaan, en voor mij was het vrij gemakkelijk. Een grote reden waarom deze examen zo makkelijk voor mij was is dat ik een geweldige Spaans II lerares had. De meerderheid van mijn huidige klas had een andere lerares. Ik had in die klas moeten zitten volgens de regels van het Internationaal Baccalaureaat programma, maar toen wist ik dat niet. Maar dit blijkt nu als een goede omdat ik veel Spaans leerde in mijn klas. Inmiddels leerden de andere klas de verleden tijd het hele jaar door—tot hun lerares zo kwaad werd dat ze besliste om de school te verlaten in het midden van het schooljaar.

Ik wil zeggen dat ik deze lerares nooit ontmoet heb, en daarom moest ik deze informatie via mijn vrienden krijgen. En ik weet ook dat dit allemaal niet heel aardig te zeggen is, maar het is een interessant verhaaltje dat nodig is om de huidige situatie van mijn Spaanse klas te begrijpen.

Dit allemaal is het verhaal van waarom ik van Spaans hou—en ook waarom een klein aantal mensen in mijn huidige klas het haten. Als ik één ding uit deze klas geleerd heb, is het dat slechte ervaringen van iets vaak betekenen dat mensen het haten.

Nu voor mijn gedachten over de Spaanse taal zichzelf. Die is een leuke taal, maar dat hoef ik niet te zeggen omdat dat al duidelijk is. Wat ik wél hoef te zeggen zijn de redenen achter mijn liefde voor de Spaanse taal.

Ten eerste zijn de spellingsregels heel erg makkelijk te begrijpen—zelfs de regeltjes voor het accent aigu (en als je ze niet kent, lijken de vervoegingen van sommige werkwoorden—zoals 'huir'—verwarrend). Het is veel makkelijker om te spellen in het Spaans dan in het Nederlands. Bijna ieder woordje in de Spaanse taal is uit te spreken, zolang dat je de spellingregels kent. Aan de ene kant is het een beetje ingewikkelder, en soms zijn er twee of meer manieren om een woord te spellen op basis van de uitspraak, maar aan de andere kant is het niet te moeilijk om een woord dat je hoort te spellen.

De klanken van de taal zijn meestal gemakkelijk uit te spreken, maar er zijn een aantal uitzonderinkjes (bijvoorbeeld de 'e' en de 'ñ'). Het belangrijke is dat het vrij makkelijk is om deze klanken te leren als je een een beetje tijd besteedt aan ze te oefenen.

De Spaanse grammatica is een beetje verschillend voor iemand die Engels als moedertaal spreekt (en hetzelfde geldt voor sprekers van het Nederlands). De meerderheid van Engelse werkwoorden hebben bijvoorbeeld vier vormen (en Nederlands heeft misschien dubbel dat nummer), maar Spaanse werkwoorden hebben ongeveer zestig vervoegingen als ik me juist herinner. Spaans heeft ook veel meer wederkerende werkwoorden dan Engels heeft. Nederlands heeft meer van die werkwoorden dan Engels, maar toch veel minder dan het aantal reflexieve werkwoorden dat de Spaanse taal gebruikt.

Een ander feitje—eentje dat niets met werkwoorden te maken heeft—is dat zelfstandige naamwoorden mannelijk of vrouwelijk zijn. De meerderheid van mannelijke woorden eindigen met een 'o,' en de meerderheid van vrouwelijk woorden eindigen met een 'a' (of soms 'ión'), maar er zijn veel uitzonderingen. Ja, Nederlands heeft een vergelijkbare situatie met de-woorden en het-woorden, maar het is een beetje anders dan in het Spaans. In het Nederlands kun je bijvoorbeeld niet zien welk lidwoord een woord nodig heeft (en als iemand die Nederlands leert, wil ik zeggen dat dit soms een beetje vervelend kan zijn). Er zijn sommige Spaanse woorden met hetzelfde probleem, maar met de meerderheid van zelfstandige naamwoorden kun je direct zien of ze mannelijk of vrouwelijk zijn.

De Spaanse taal wordt gesproken in veel hoekjes van de wereld, vooral in Centraal- en Zuid-Amerika. Heel veel mensen gebruiken het iedere dag, en daarom leren zoveel kinderen rond de wereld de Spaanse taal op school. Ik heb gehoord dat meer mensen Spaans als moedertaal spreken dan Engels (en er zijn zelfs meer die Mandarijn spreken).

Ik ben Spaans al iets meer dan zes jaar aan het studeren, en ik kan zeker zeggen dat het een leuke ervaring is geweest. Voorlopig doe ik nog even voort, maar het is mogelijk dat dit jaar mijn laatste jaar van Spaans op school is. Misschien ga ik Spaans volgend jaar ook op school studeren, maar met de vakken die ik wil nemen is dat een beetje moeilijk. Maar het belangrijkste is dat ik ook zonder een leraar Spaans kan studeren, zoals ik al doe met de Nederlandse taal.

2